'Ik wil laten zien hoe veelzijdig Oost-Europa eigenlijk is'
Overzicht houden als correspondent in een grote regio lukt, als je de werkelijkheid niet uit het oog verliest. Zo doet Arnout le Clercq het in 'Centraal- en Oost-Europa', vertelt hij in een interview.
Sinds het uitbreken van de oorlog in Oekraïne wordt Centraal- en Oost-Europa steeds relevanter voor het Nederlands publiek. Hoe houdt Volkskrant-correspondent Arnout le Clercq in zijn Poolse standplaats Warschau het overzicht in deze turbulente periode? Journalist Nick Vink sprak met Le Clercq.
Hoe komt het eigenlijk dat je als correspondent in zo’n groot gebied werkt?
“Eigenlijk werk ik nog in een relatief klein gebied in vergelijking met de gemiddelde regiocorrespondent. Mijn regio reikt ongeveer van de Oostzee tot de Zwarte Zee, zonder de westelijke Balkan.
“Dat ik in al die landen verslagleg, heeft misschien deels te maken met de belevingswereld van het Nederlandse publiek. De landen die binnen mijn regio vallen, verschillen heel erg van elkaar, maar worden door de lezers toch vaak op één hoop gegooid: ‘Dat zijn die landjes die vroeger achter het IJzeren Gordijn lagen.’
“Ik zie het eerlijk gezegd niet als een probleem, hoewel ik van de achterhaalde term ‘Oostblok’ die je nog weleens hoort, ontzettende jeuk krijg.
“Het heeft met vraag en aanbod te maken. Stel, je hebt een correspondent in de Baltische Staten, dan is het de vraag of er dan ook daadwerkelijk behoefte is aan een constante stroom nieuws en reportages uit drie betrekkelijk kleine landen.”
Deze landen worden dus vaak op één hoop gegooid. Maar hoe zie jij dat?
“Ik denk dat het in Nederland vooral een generatieverschil is. Mijn ouders zijn bijvoorbeeld voor het eerst naar Polen gereisd toen ik hier kwam wonen, dat is voor hen een land dat voorheen totaal niet op hun radar stond. En dat is ook niet zo gek als je daarover nadenkt, omdat deze landen tot 1989 niet vanzelfsprekend te bereizen waren en er ook weinig uitwisseling was, omdat de mensen die hier - in Polen - woonden minder makkelijk weg konden.
“Bij de jongere generatie is dit beeld volgens mij wel aan het kantelen, zij reizen veel vaker naar Oost-Europa. Juist met dat beeld van de oudere generatie kan je wel iets als correspondent. Ik wil laten zien hoe veelzijdig de regio is, juist nu de interesse in Centraal- en Oost- Europa sinds de invasie van Oekraïne is toegenomen.”
Kan je wel op de hoogte blijven van alle ontwikkelingen in al die verschillende landen?
“Ik herinner me van het begin van mijn correspondentschap dat dit heel overweldigend kon zijn, maar uiteindelijk heb ik mijn weg hier wel in gevonden.
“Aan de ene kant is het nieuws heel belangrijk; je moet dat ook zeker bijhouden. Maar het is de kunst om er én niet te veel tijd aan te besteden én ervoor te zorgen dat het niet je zicht ontneemt op de werkelijkheid. Al is het nieuws heel informatief, het is ook een soort sluier voor wat er daadwerkelijk gebeurt.
“Ik bel veel met mensen, niet per se voor een verhaal, maar gewoon met mensen die ik ken. Af en toe ook een deskundige om met een meer analytische blik te peilen wat er leeft in het land. Zo’n netwerk bouw je langzaam op, naarmate je langer in een gebied zit. Je moet als correspondent vooral met mensen praten. Zo krijg je een veel beter beeld over wat er speelt en hoe mensen denken.”
Waar ligt momenteel de focus op in jouw verhalen?
“De grote lijnen van de regio worden bepaald door het nieuws. Toen ik hier kwam waren de dominante thema's: illiberalisme, rechtsstaat en populisme. Vlak daarna is dat verschoven naar de gevolgen van de oorlog in Oekraïne en het terugdraaien van acht jaar populisme door de nieuwe regering in Polen.
“Het grote risico is dat de Nederlandse lezers jouw regio alleen gaan zien door een lens van ellende, de grote ontwikkelingen zijn namelijk niet altijd positief.
“Je wilt ook de culturele, sociale en maatschappelijke kanten van een land laten zien. Je kunt daar bijvoorbeeld in een reportage heel mooi aan ontsnappen. Door in te zoomen op de mensen en gebeurtenissen, ontsnap je ook aan de clichés van jouw regio en krijgt de lezer een genuanceerder beeld. Daar kan geen analyse of nieuwsbericht tegenop.”
Nick Vink is een freelance journalist en verslaggever.